Albert Katoen


Naamgever van Albert van der Kaap is Albert Katoen, die op zijn beurt is vernoemd naar zijn vader en/of zijn opa van moeders kant.

 

Geert Alberts Smit, geboren rond 1705, wonende te Ter Apel. Hij was gehuwd met Fenna Jans. Uit dit huwelijk:

Den 2 april 1736 zijnde Paase maandag Ben ik Henricus Swijghuisen S.M…..d. 17 Febr. 1735 door de  Ed. H. H. ren Borgemeesteren, en Raadt in Groningen tot Predikant in de Gemeente van ’t Clooster Ter Apel beroepen, daar in den H. Dienst bevestigt door de Eerw. D.en Do. N Munting en J.W.Brands, predikanten van de Boertange, en Sellingen, waarvan de eerste bij die gelegentheijt predikte uit Ephes. 4, en de laatste de oplegginge der handen verrigtede, en hebbe dien zelfden dag mijne intrede rede gedaan uit 1 Cor. 4:1,2.
Bij de visitatie bevonden de volgende Ledematen
           
Leden der Kerkenraad
Geert Alberts Thijs ouderling
………..          ouderling
Jan Wubbelts en
Hiske Berents , diakenen.
           
Leden der Gemeente
Binnen ’t Clooster:
Geert Alberts Thijs (ouderling)
Anneke Jans Dinklage zijn huisvr.
Trijntje ….
Hindrik Geltinge [ de oude doorgestreept] schoolmr.
Albertje Wubbelts zijn huisvr.
Berent Harms Kuiper
Rene …. zijn huisvr.
Harm Hindriks Kuiper
Harm Luitjes, en
Janna Geerts zijn huisvr. (aanstonts vertrokken met att. na Roosw.)
Berent Andries, en
Geeske Alberts Suimeringh met att. van Vlagtw.
Wilt Jans.
Jan Wilts, en
Janna Bruins Trenningh zijn huisvr.
Aaltje ……
Hindrik Hindriks Mulder de oude
Hindrik Jans Mulder, en
Trijntje Hindriks, zijn huisvr.
Geert Alberts Smit, en
Fenna Jans zijn huisvr.

1 december 1760
Extraordinaris Consistorie gehouden bij gelegentheijt van het afbranden van het huisje aan Hindrik Gelling nagelaten onmondige zoon van wijlen Albertje Wubbens wed. van Hindrik Gelling de oude toebehorende, waarin Geert Alberts Smit en Fenne Jans woninge te huur hadden, door de Diakonie bestelt.
1. Compareerde Fenne Jans klagende haar nood en verzoekende, dat de Diakenen haar wederom enige huisvestinge bij provisie mogten bezorgen. Het welk aangenomen is, en de Diakonen daartoe last gegeven.
2. Verzogte de schoolmr. H. Gelling, dat de Diakonie aan zijn halfbroer, Hindr. Gelling, iets voor het verlies van zijn huis, dat zijn enige goed was, zonder welk hij niet redden konde, mogte te bate komen Welk verzoek overwogen zijnde, is bbillijk geoordeelt, en eenparig besloten, dat hem vier jaren lang, alle jaren te beginnen op Maij 1761, tien guld. zullen worden betaalt uit de Diakonie-casse, en daarenboven nog op het vijfde jaar vijftig Gl. gegeven zullen worden door de Diakonen, hetzij hij zijn kostwinning verder hier, of elders moge zoeken.
3. Worden de Diakonen geauthoriseert, om van selfs het een, of andere noodwendigste aan Fenne Jans te bezorgen, in plaats van het gene door de brand verloren have. Ter Apel gedaan als boven
[was getekend door] H. Swijghuisen, pred., Hindrick Niemeijer oud. was wegens ziekte absent,Albert Hommes oud, Jan Alberts als diaken, Hiske Beerents als diak.

Bron: http://www.menneglas.nl/ledematen/TerApel.htm