Jacob van der Kaap

Jakob van der Kaap, zoon van Karst Jacobs van der Kaap, geboren in Zevenhuizen (Leek) op 17-11-1804 en overleden op 26-10-1841 in Zevenhuizen (schipper). Getrouwd in Ezinge op 20-02-1826 met Elisabeth Pieters Kooijma, geboren in Ulrum op zondag 09-06-1799 gedoopt (ned.ger.) op 16-06-1799 te Ulrum, dochter van Pieter Edzes Kooijma en Grietje Saspers. Uit dit huwelijk:

 

Elisabeth Kooijma is op 25-09-1842 in Leek getrouwd (2) met Albert van der Heide (schipper), geboren in 1814/15 in Leek, zoon van Sipke Alberts van der Heide (scheepstimmerknecht) en Leentje Pieters Flonk. 

Jacob was schipper van beroep en woonde op nummer 24. Hun schip had Leek als vaste thuishaven.

Geert Jans Dekens, geboren 13-12-1798 in Groningen was van juni 1831 tot augustus 1834 schutter bij de Drentse Mobiele Schutterij. Deze legereenheid werd in 1830, enkele maanden na de Belgische opstand, geformeerd en is in de hiervoor genoemde jaren in het zuiden van ons land gelegerd geweest.
Na de val van Napoleon in 1815 hadden de grote mogendheden op het congres van Wenen besloten Noord-Nederland en de Oostenrijkse Nederlanden - het huidige België - samen te voegen, teneinde een sterke staat aan Frankrijks noordgrens te creëren. Deze nieuwe staat, die onder leiding van koning Willem I stond, heeft tot 1830 bestaan. Eind augustus van dat jaar ontstond in Brussel een opstand met een duidelijk anti-Nederlands karakter en al spoedig was België vrijwel geheel in handen van de opstandelingen. Willem I begon daarop zijn leger, dat door de afsplitsing van België uiteen was gevallen, weer op te bouwen. Als onderdeel daarvan riep hij in oktober 1830 de 'eerste ban' - de ongehuwden en de gehuwden zonder kinderen - van de schutterijen in Nederland onder de wapenen. In Drenthe betrof dat de schutters die dienst deden in de Dienstdoende Schutterij van Meppel en in de Rustende Schutterijen in de overige gemeenten.
De nieuw gevormde Drentse Mobiele Schutterij kreeg een omvang van 1200 man, onderverdeeld in vier kompagniën. In totaal hebben in de periode 1830-1834 1730 personen in deze legereenheid dienst gedaan. De samenstelling van de eenheid wisselde. De plaatsen die vrij vielen doordat schutters ontslag kregen als hun diensttijd ten einde liep, werden door nieuwe recruten opgevuld. Dat was ook het geval als schutters overleden of als zij zich door een remplacant lieten vervangen.
Sterfgevallen kwamen helaas in grote aantallen voor. Meer dan 150 van de Drentse schutters stierven, soms al een paar weken na hun indiensttreding.
Alhoewel een gedeelte van de Drentse schutters formeel tot 1839 onder de wapenen bleven, kwam in de praktijk voor vrijwel allen van hen in 1833 of in 1834 een einde aan hun actieve diensttijd. In die jaren werden zij met onbepaald verlof naar huis gestuurd.

Op een kleine eenheid na heeft de Drentse Mobiele schutterij niet aan de krijgshandeling tijdens de Tiendaagse Veldtocht (2 tot 12 augustus 1831) tegen België deelgenomen. De uitzondering betrof een eenheid van 54 man onder luitenant Braams uit Gieten, die als onderdeel van een bataljon Gelderse schutters aan de strijd deelnam.

Kleiding
De zorg is hen allen te kleden in donkerblauwerok met blauwe voering, rode kraag en rode opslagen, witte knopen, zwarte das en wit of blauw vest, blauwe pantalon, zwarte slobkousen en sjakot. Maar tijdens de veldtocht (tegen de Belgen) zal blijken, dat bovenkleding dikwijls als nutteloze ballast tevelde werd weggeworpen. Bataljons Schutterij hadden blauwe lakense broeken weggeworpen om in hun linnen broeken de veldtocht mee te maken (augustus). Cort Heyligers meldt hier, dat `De schutters smijten alles weg, ransels, kleedingstukken, kookketels, bidons . . . zelfs lagen vele geweren langs den weg'')

Bron: http://www.collectie.legermuseum.nl/sites/strategion/contents/i004550/arma16%20de%20mobiele%20schutterijen.pdf

Notes for Jan Folkers Folkers:
BS Winschoten, 14-4-1891, acte 61
Henderikus Breurkens, 70, schoenmaker en Karst van der Kaap, 66, zonder beroep, beiden wonend te Winschoten en geen bloedverwanten, geven aan dat op 13-4-1891 om 03:00 uur te Winschoten is overleden Jan Folkerts Folkers, 83, zonder beroep, geboren en gewoond te Winschoten, gehuwd man van Johanna Buter, wonend te Winschoten. Beiden tekenen.