Home      Magazine      Lesmateriaal      Toetsmateriaal      Vakinformatie 

Buiten je tijd denken

Een artikel over moeilijkheden die leerlingen ervaren bij het in praktijk brengen van historische empathie.

Albert van der Kaap, Enschede, albert@vanderkaap.org      

Buiten je tijd denken

"Stand your ground. Don't fire unless fired upon. But, if they want to have a war, let it begin here."
Capt. John Parker, Lexington Company of the Middlesex County Brigade, Massachusetts Militia, April 19, 1775.

'Dingen die je opvallen in een tekst, vallen je  op omdat je er al mee bezig was, je kunt niet buiten je tijd denken.' Zo antwoordde dichteres Judith Herzberg op de vraag of je een bepaald gedicht van haar kunt lezen zonder te denken aan de eurocrisis. De vraag werd haar gesteld, tijdens de grote financiële crisis in 2011, naar aanleiding van het verschijnen van een dichtbundel met haar bewerkingen van de bijbelse klaagliederen van Jeremia. Dat Herzberg het inderdaad moeilijk vindt om buiten haar eigen tijd te denken blijkt even later in het interview: 'De bijbel bevat veel wijsheid en veel inzichten over hoe mensen zijn. Maar het is ook een raar, racistisch boek, waar veel mensen een voor mij onbegrijpelijke lering aan ontlenen. Het refrein is toch: eigen volk eerst." (Van Dijk, 2011).

En juist dit, het denken buiten je eigen tijd, is een van de belangrijkste aspecten van historisch denken en redeneren. Op het hoogste niveau van historirsche empathie moeten leerlingen onderscheid kunnen maken tussen het perspectief van historische personen en het perspectief van de onderzoeker, in dit geval de leerling (Conrad, 2011).

Hoe moeilijk dat is maakt Sam Wineburg (2001) duidelijk in een verhaal over een leerling die een tekst over de slag bij Lexington Green krijgt voorgelegd. Op 19 april 1775 stuiten zo'n zeventig Amerikaanse kolonisten bij Lexington Green op honderden Britsen soldaten, de eerste schermutselingen in de Amerikaanse Revolutie.

We don't know what went through the minds of the Minutemen, the colonial militia, as they waited in the chilly dawn to hear the crunch of the redcoats' boots in the streets of Lexington and Concord. Whatever their thoughts, they had every right to be frightened, since they, small untrained bands of farmers and tradesmen, were about to face 700 of the world's best professional soldiers. As dawn broke on April 19, 1775, seventy Lexington Minutemen, outnubered ten to one, faced Pitcairn's regiments on Lexington's town green. The Minutemen were ordered by Major Pitcairn to disperse. They stood their ground. Taunts were exchanged. A shot was fired, and that triggered a battle. When the smoke cleared, eight Minutemen were dead, and the British troops went on a rampage that was stopped only with difficulty by their commanders, who immediately marched them in the direction of Concord.

Bron

Het resultaat: acht doden aan de kant van de kolonisten en slechts één dode Brit. Derek, de leerling, die een aantal tekstbronnen hierover bestudeerde, had duidelijk begrepen wat er aan de hand was. Eigenlijk, zei hij, kun je nauwelijks van een veldslag spreken, het was een inmaak partij. Vervolgens moest hij uit een aantal afbeeldingen die kiezen die het beste het verloop van  het treffen weergaf en toen ging het mis. Hij koos niet het plaatje waarop de kolonisten in wanorde te zien waren, wat een logische keuze geweest zou zijn gezien zijn eerdere opmerkingen. Nee, hij koos een afbeelding waarop soldaten zich hadden verscholen achter een wal, terwijl zij bezig waren hun musketten te herladen en te richten op de roodjassen. Deze afbeelding gaf de situatie volgens Derek het beste weer omdat dit hen een betere positie geeft ten opzichte van de vijand. Het zou belachelijk zijn als ze zich zouden opstellen zoals op dit plaatje en hij wees op de afbeelding die de meest waarheidsgetrouw was. Zijn referentiekader, zo werd duidelijk, was het heden, bij de keuze van de juiste afbeelding liet hij zich leiden door zijn hedendaagse opvattingen over oorlogvoeren en door zijn gezond verstand. Het kwam niet bij hem op, zegt Wineburg, om geestelijk een stap opzij te doen en zich af te vragen door welke overtuigingen de soldaten zich in de achttiende eeuw lieten leiden.

Tijdens een lezing in Leuven (februari 2007) gaf Avishag Reisman van Stanford University een vergelijkbaar voorbeeld.  Zij vertelde hoe een docent in opleiding, zelf zojuist getraind in historisch redeneren, een leerling laat praten over een bron over een veldslag tijdens de Amerikaanse burgeroorlog. Volgens het meisje stonden de twee legers tijdens de slag keurig in gelid tegenover elkaar, terwijl uit de bron toch duidelijk bleek dat dat niet het geval was. Doorvragen leerde dat de leerling niet lang daarvoor de film The Lord of the Rings had gezien. In deze film stonden legers strak in het gelid tegenover elkaar. Dit beeld was bij de leerling sterker en dominanter dan de nieuw verkregen informatie en kleurde haar perceptie van de gelzen tekst. In dit geval kon het onjuist beeld worden gecorrigeerd, De docent in opleiding liet de leerling tekenen wat er in de bron stond. Toen zij dat deed was de leerling wel in staat een juiste interpretatie van de bron te geven.

Het lijkt er dus op dat al aanwezige kennis en bestaande opvattingen de interpretatie van het verleden in belangrijke mate kleuren en dat een actieve bemoeienis van de docent in de vorm van een interventie zoals hierboven beschreven nodig is om tot conceptual change te komen.

In beide voorbeelden speelde visuele informatie een belangrijke rol bij het verkeerd interpreteren van tekstbronnen. Hoe sterk de macht van al dan niet bewegend beeld is blijkt ook uit onderzoek van Butler, Zaromb, Lyle en Roediger (2009). Zij legden leerlingen vragen voor over een gebeurtenis nadat zij correcte informatie in een tekst hadden gelezen en foute informatie hadden gekregen via filmbeelden. Een controlegroep kreeg alleen de teksten te lezen. Het bleek dat de eerste groep beduidend meer foute antwoorden gaf dan leerlingen in de controlegroep.   

Referenties

Butler, A.C., Zaromb, F.Mm, Lyle, K.B. en Roediger, H.L. III (2009). Using Popular Films to Enhance Classroom Learning, in Psychological Science, research, theory & application in psychology and related sciences, vol. 20-number 9, 2009, 1161-1168. 

Conrad, F. (2011), Perspektivenübernahme, Sachurteil und Werturteil. Drei zentrale Kompetenzen im Umgang mit Geschichte, in Geschichte Lernen,139, 2011. Velber: Friedrich Verlag

Dijk, Marc van (2011). Je kunt niet buiten je eigen tijd denken. Interview met Judith Herzberg. Trouw 10 december 2011

Kaap, A. van der (2010). Films in de geschiedenisles. http://histoforum.net/2010/films.html  

Wineburg, S. S. (2001) Historical Thinking and Other Unnatural Acts. Charting the Future of Teaching the Past. Philadelphia: Temple University Press. (zie het artikel over dit onderzoek op Histoforum)

 John Parker


 Sam Wineburg


 Avishag Reisman


Copyright:  Albert van der Kaap, 2011